Vergeten
oorlogen?
Syrië gaat in maart
2019 zijn 9e jaar oorlog in. Meer dan een half miljoen Syriërs vond de dood. 12
miljoen mensen gingen op de vlucht, waarvan 5,5 miljoen in het buitenland. Meer
dan 13 miljoen Syriërs hebben humanitaire hulp nodig, waarvan een 3 miljoen in nog
steeds moeilijk bereikbare gebieden. Ondertussen heeft de grootste humanitaire
tragedie zich volgens de Verenigde Naties verplaatst naar Jemen met naar
schatting al meer dan 50.000 doden de laatste drie jaar. 14 miljoen mensen
staan op de rand van de hongersnood; 3 miljoen mensen zijn op de vlucht. Ook
daar zijn de burgers slachtoffers van een conflict tussen het regime en de
oppositie, en van de rivaliteit tussen de regionale grootmachten, Saoedi-Arabië
en Iran.
Op
de uitnodiging van de info-avond op 20 februari in GC De Wildeman in Herent
stelden wij de vraag: worden de oorlogen in Syrië en Jemen vergeten? Wij willen
ze niet vergeten. Wij, dat zijn de organisatoren: de werkgroep Syrië van de
GROSH (Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking Herent), in
samenwerking met het Gemeenschapscentrum De Wildeman en vele verenigingen. De
laatste dagen was Syrië wel niet meer uit het nieuws na de beslissing van
president Trump van de VSA om het Amerikaanse leger terug te trekken uit Syrië.
De discussie laaide op in de Europese landen over wat te doen met
Syriëstrijders. Dit vooral met het oog op het beschermen van onze veiligheid in
het Westen. Terechte bekommernissen. Voor ons ligt de klemtoon wel op hoe wij
de solidariteit levend kunnen houden met de slachtoffers van deze oorlogen.
Syrië:
duurzame vrede nog niet in zicht
In
de media krijgen wij de indruk dat de oorlog tegen IS (Islamitische Staat)
voorbij is. Niets is minder waar, volgens Willem. Al van bij de aanvang van
zijn inleiding stelde hij dat een duurzame oplossing met vrede en veilige
terugkeer voor vluchtelingen nog lang niet in zicht is. De internationale
coalitie tegen IS, waar België aan mee deed, volgde een militaire strategie van
vernietiging. De dood van vele burgers werd beschouwd als ‘collateral damage’.
Rakka en andere steden werden met de ‘bevrijding’ in 2017 met de grond gelijk
gemaakt. Dagelijks worden er nog resten van lijken van onder het puin gehaald.
Er is nauwelijks elektriciteit, water, onderwijs. Overlevenden die terugkeren,
stellen wanhopig de vraag of hun stad om bevrijd te worden totaal moest
vernietigd worden en waar de internationale steun nu blijft. De Koerden zijn
bang voor wat er in de plaats zal komen als de Amerikaanse soldaten zich
terugtrekken. De leden van de internationale coalitie dragen een morele
verantwoordelijkheid en ook uit eigenbelang is het nodig dat er hulp komt voor
de stabilisatie van het land om te vermijden dat IS een comeback maakt.
Syrische
vluchtelingen in de buurlanden zoals in Libanon leven in gespannen
omstandigheden. Ze staan onder druk om terug te keren. Maar de situatie in
Syrië is allesbehalve veilig.
Volgens
11.11.11 kan Europa in deze complexe situatie toch een aantal dingen doen:
criteria uitwerken waaraan een veilige terugkeer moet beantwoorden en daarop
toezien, zelf meer vluchtelingen hervestigen, voldoende middelen voorzien voor
opvang in de regio, steun geven aan de heropbouw zonder mee te gaan in de
normalisering van het huidige regime en met meer steun aan de lokale
vredesorganisaties en ngo’s.
Wat
is er aan de hand in Jemen? Wat kan België doen?
Hij
gaf enkel nog aan wat België kan doen: als (tijdelijk) lid van de
Veiligheidsraad diplomatieke initiatieven ondersteunen, toezicht houden op de
afgesloten wapenstilstand in de belangrijke havenstad Hodeida en deze uitbreiden,
humanitaire hulp bieden, en de wapenhandel – ook vanuit België- met de conflicterende partijen aan banden
leggen.
Vluchten:
niet onze keuze, heimwee, ongerustheid over wie achterblijft, wensen voor vrede
Na
deze inleiding volgde een muzikale intermezzo van Farouk en Akram. Dat
drukte heel sterk het heimwee van vluchtelingen naar hun land uit.
We
kregen drie sterke getuigenissen.
Zahra
Al Ghrain
werd geïnterviewd door Ria Verjauw. Ria volgt de Syrië-werkgroep en is
momenteel de coördinator van de vredesbeweging in Leuven. Zij woont in Veltem,
zoals Zahra. Zahra vluchtte uit twee oorlogen: uit Irak naar Syrië en toen daar
de oorlog ontstond terug naar Irak. Zij verloor haar eerste kindje door de
stress met de aanwezigheid van IS in haar stad. In gevaarlijke omstandigheden
vluchtte ze naar Turkije. Daar kon ze niet blijven. Haar man was al naar België
gekomen. Met behulp van mensensmokkelaars is ze met haar zoontje en zwanger
zijnde over de zee naar Griekenland en vandaar naar ons land getrokken. Op de
vraag of het moeilijk was om zich aan te passen in België met een andere taal
en andere gebruiken antwoordt ze: “De taal leren hier was niets tegenover de
oorlog en het vluchten. Als iemand dit heeft meegemaakt, dan is al de rest
niets meer.” Zij heeft ondertussen haar diploma van kapster behaald en heeft
werk gevonden. Haar wens voor de toekomst: “Ik wens vrede voor iedereen in alle
landen. Ik denk ook veel aan alle mensen die in moeilijke omstandigheden leven.
Akram
Hamo,
Syrische Koerd, is al meer dan 20 jaar geleden gevlucht. Hij leidt de
Belgisch-Koerdische vereniging Hevi (Verlangen) en de muziekgroep Nojin (Nieuw
Leven). Hij lichtte met aangrijpende beelden de bezetting toe van zijn
geboortestreek Afrin in Noord-West Syrië door Turkije en zijn salafistische
huurlingen met plunderingen van huizen en van oogsten, diefstallen,
bevolkingsdeportaties, gevangennemingen, folteringen, moorden. “Hoe lang nog
zal de bezetting duren? Wat zal de internationale gemeenschap nog ondernemen,
om de bezetting te stoppen?”
Download powerpoint presentatie in pdf formaat (1.4MB)
Download powerpoint presentatie in odp formaat (2.4MB)
Farouk
Al-Hasbani,
professor Franse literatuur, uit Daraa in het Zuiden van Syrië, is gevlucht
voor het geweld zowel van het regime als van de rebellen. Vanuit zijn ervaring
en contacten had hij het over de armoede in Syrië. Na de overwinning van het
regime in het grootste deel van het land is de situatie veel moeilijker dan
vroeger. Wapens zijn verspreid en dagelijks zijn er de wraakacties. In Libanon
worden de Syrische vluchtelingen gediscrimineerd op vlak van huisvesting en
tewerkstelling. Ze worden aangevallen en naar woestijngebieden gedreven. Ook in
Europa krijgen Syrische vluchtelingen af te rekenen met negatieve vooroordelen
en beschuldigingen, zelfs van IS-strijders te zijn. “Vaak ontmoeten we mensen
die ons vragen om terug te keren naar ons land, vanwege onze kleur, ons ras,
onze religie, ... Dat doet echt pijn, het is niet onze keuze om vluchtelingen
te zijn; wij zijn het niet die de oorlog hebben gecreëerd, ... Wij zijn
slachtoffers, ... We zijn hier niet om de rijkdom of olie van anderen te
stelen!”
Iedereen
heeft het over de komst van Syriërs in zijn land, maar er wordt maar stilletjes
gepraat over de komst van meer dan 300.000 strijders en criminelen in Syrië. Ze
kwamen niet met bloemen in de hand! Wie heeft hun binnenkomst in Syrië
vergemakkelijkt? Wie verkocht de wapens aan het regime en aan de rebellen?
Solidariteit
levend houden
De vraag
hoe de solidariteit levend houden hebben we niet meer kunnen bespreken.
Maar we hebben ze in feite beantwoord door wat we deden: de conflicten onder de
aandacht blijven brengen, informatie en sensibilisering, contact en
samenwerking met vluchtelingen hier, politiek werk, humanitaire hulp en steun
aan partners.
We
konden rekenen op 58 deelnemers, een mooie opkomst.
Ook
deze avond steunden we met de opbrengst van de tickets een goed doel. We
kozen er deze keer voor om in te gaan op de oproep van Oxfam Solidariteit:
Red kinderen van hongersnood en ziekte’. Oxfam steunt partners die in Jemen
proper drinkwater en medicijnen leveren, sanitaire voorzieningen bouwen en cash
geld of voedselbonnen verdelen aan kwetsbare gezinnen.
Marcel De Prins